Van alle zelfstandig ondernemers zonder personeel heeft 41 procent naar eigen zeggen geen enkele voorziening getroffen voor het geval zij arbeidsongeschikt zouden worden. Zij hebben vaak vanwege de kosten geen verzekering afgesloten en houden ook geen spaargeld of beleggingen achter de hand voor eventuele arbeidsongeschiktheid. Dit blijkt uit nieuwe cijfers uit de tweejaarlijkse Zelfstandigen Enquête Arbeid van TNO en het CBS die vandaag worden gepubliceerd.
In het recent afgesloten akkoord tussen kabinet, werknemers- en werkgeversorganisaties over de vernieuwing van het pensioenstelsel is afgesproken dat er voor zelfstandigen een wettelijke verzekeringsplicht tegen arbeidsongeschiktheid komt. Het kabinet heeft de sociale partners gevraagd om hiervoor begin 2020 een concreet voorstel te doen.
In de Zelfstandigen Enquête Arbeid is aan 5,5 duizend zelfstandig ondernemers gevraagd of zij iets hebben geregeld: Begin 2019 gaven ruim 4 op de 10 ZZP-ers aan geen enkele voorziening te hebben voor eventuele arbeidsongeschiktheid. Zij hebben geen verzekering, participeren niet in een broodfonds en kunnen ook niet terugvallen op spaargeld, beleggingen of vermogen uit hun bedrijf of eigen woning.
Voor werknemers is een arbeidsongeschiktheidsverzekering verplicht, de premie wordt ingehouden op het loon. Zelfstandigen kunnen vrijwillig een verzekering voor arbeidsongeschiktheid afsluiten. Volgens recent gepubliceerde cijfers betaalde in 2017 krap 1 op de 5 ZZP-ers een premie voor een arbeidsongeschiktheidsverzekering. Vaker worden spaargeld of beleggingen genoemd als voorziening bij eventuele arbeidsongeschiktheid. Bijna een derde van de ZZP-ers denkt daarop te kunnen terugvallen. Een op de tien verwacht het risico af te kunnen dekken met de waarde van de eigen woning. Daarnaast zijn er relatief kleine groepen zelfstandig ondernemers die de waarde van het eigen bedrijf of deelname aan een broodfonds als voorziening noemen.
Er worden tal van reden genoemd om geen verzekering af te sluiten, maar het gaat vooral om financiële redenen: 46 % geeft aan dat de kosten van zo’n verzekering niet opwegen tegen de baten, 37 % zegt de kosten voor een verzekering niet te kunnen betalen. Ruim een vijfde van alle onverzekerden geeft aan het financiële risico zelf te kunnen dragen. Deze reden wordt vaker genoemd naarmate de ondervraagden dichter bij de AOW-gerechtigde leeftijd zijn. Daarnaast kan een vijfde terugvallen op het inkomen van de partner. Onder deze groep zijn relatief veel vrouwen. Een kleine groep zegt niet te worden geaccepteerd bij een verzekering vanwege leeftijd of gezondheid. 55-plussers noemen relatief vaak (14 procent) deze afwijzingsgrond.
Bron: CBS/StatLine