Vakbonden, werkgevers en het kabinet hebben een definitief akkoord bereikt over de hervorming van het pensioenstelsel. De invoering van een nieuw pensioenstelsel komt daarmee een stap dichterbij. Om het stelsel op termijn betaalbaar te houden, worden de uitkeringen meer afhankelijk gemaakt van de financiële prestaties van de pensioenfondsen.
Dit betekent dat de pensioenen bij tegenspoed sneller moeten worden gekort, maar in betere tijden ook sneller weer kunnen stijgen. Deze week leggen de sociale partners de uitwerking ter instemming voor aan hun achterban. CNV is ondertussen akkoord, FNV stemt er vrijdag over. Als zij groen licht krijgen, hoopt het kabinet de uitwerking vrijdag in de ministerraad te behandelen. De uitwerking wordt daarna vastgelegd in een hoofdlijnennotitie die minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid voor de zomer naar de Tweede Kamer stuurt. Hij volgt daarmee de planning die hij eerder publiceerde.
Het kabinet heeft de inhoud van de definitieve afspraken nog niet officieel naar buiten gebracht. Wel is bekendgemaakt dat de betrokken partijen het eens zijn geworden over aanpassing van de afspraken in verband met de dreigende pensioenverlagingen. Mede door de coronacrisis zijn de dekkingsgraden van veel fondsen onder de 100% gezakt, wat betekent dat ze minder geld in kas hebben dan dat ze aan financiële verplichtingen hebben. Nu is afgesproken dat pensioenfondsen met een dekkingsgraad boven 90% de pensioenen niet hoeven te verlagen, terwijl dit eerder wel de ondergrens was voor pensioenkortingen. Overigens telt de dekkingsgraad van 31 december van dit jaar. Het is de bedoeling dat het nieuwe stelsel van het pensioen vanaf 2022 wordt ingevoerd.