De Woningbouwimpuls van de overheid heeft als doel om de woningbouw te versnellen en meer betaalbare woningen te bouwen. Na twee succesvolle tranches kunnen gemeenten in september voor de derde keer projecten indienen voor de Woningbouwimpuls.
Voor de laatste tranche van deze kabinetsperiode is in totaal circa 250 miljoen euro beschikbaar. In december wordt bekend welke gemeenten een bijdrage krijgen voor het sneller bouwen van meer betaalbare woningen.
In de eerste twee rondes kregen 57 verschillende woningbouwprojecten geld. Hierdoor kunnen er versneld 96.000 woningen worden gebouwd; dat is 10% van de totale opgave voor de komende tien jaar. Het merendeel (65%) van deze woningen bestaat uit betaalbare woningen voor starters of mensen met een middeninkomen.
Gebrek aan financiering van het publieke tekort belemmert de realisatie van veel woningbouwprojecten. Uit een tussentijdse evaluatie blijkt dat de Woningbouwimpuls juist daar het verschil kan maken en er voor kan zorgen dat woningen (sneller) gebouwd worden.
De belangstelling voor de Woningbouwimpuls is groot. Er zijn voor de inmiddels afgesloten twee tranches ruim 100 aanvragen voor ondersteuning van woningbouwprojecten ingediend, waarvan dus 57 zijn gehonoreerd. De verwachting is dan ook dat voor de derde en laatste tranche een aanzienlijk aantal woningbouwprojecten met een publiek financieel tekort zal worden aangemeld. Dit onderstreept nog maar eens de noodzaak van de Woningbouwimpuls om het woningtekort met urgentie aan te (blijven) pakken.
Voor de derde tranche zal de Regeling Woningbouwimpuls aangepast worden. Hierdoor wordt voor een groot deel van de gemeenten de minimale projectomvang verlaagd. Voor deze gemeenten geldt dat projecten vanaf 200 woningen (in plaats van 500 woningen) in aanmerking kunnen komen voor een bijdrage uit de woningbouwimpuls. De aanpassing van de regeling is van toepassing op regio’s waarvan het aandeel kleine gemeenten (= gemeenten met minder dan 50.000 inwoners) boven de 75% ligt. Zo kunnen meer gemeenten, verspreid over het land, een aanvraag indienen voor een bijdrage uit de Woningbouwimpuls.
Bron: Rijksoverheid