Het Economisch Instituut voor de Bouw heeft de doorrekening van het Klimaatakkoord voor de gebouwde omgeving, de mobiliteit en de verbonden infrastructuur de afgelopen maanden onder de loep genomen. Door de overheid was de doorrekening van het PBL en het OKA maatgevend. Directeur Taco van Hoek van EIB is zeer verbaasd en heeft daarom zelf ook een doorrekening gemaakt. Wat een totaal ander beeld schetst…
Een eerste belangrijke conclusie, zo stelt het EIB in haar publicatie, dat de reikwijdte van het Ontwerp Klimaatakkoord (OKA) voor de gebouwde omgeving bescheiden is. In elk geval gezien in het licht van de gehele energietransitie. Volgens de cijfers van het Planbureau van de Leefomgeving (PBL), die het ontwerp heeft doorgerekend, geven de maatregelen een vermindering van de CO2-uitstoot van 3% tot 15%. Van de voorziene CO2-reductie tot 2030 is het OKA maar goed voor 12% tot 39% van het resultaat.
Het PBL gaat ervan uit dat de maatregelen uit het Klimaatakkoord voor de gebouwde omgeving tot 2030 tussen de 6,8 miljard en de 13,5 miljard gaan kosten. Maar die berekening is volgens het EIB niet haalbaar. “Er wordt uitgegaan van een bovengrens”, vertelde Taco van Hoek vorige week tijdens een perspresentatie. “Hierbij gaat het PBL er vanuit dat het doel van 3,4 megaton CO2-reductie volledig wordt gehaald. Ook de gestelde ondergrens van het CPL is onrealistisch. Ze gaan er vanuit dat de bouwkosten ten opzichte van 2017 dalen met 25 procent. Het is volstrekt ondenkbaar dat we dat halen. Er is namelijk ook nog zoiets als normale loonstijging en hogere maatschappelijke eisen.”
Het EIB heeft hun eigen doorrekening en bevindingen samengevat in een publicatie, die voor iedereen te lezen is. Download het EIB-rapport.