Gerlof Roubos heeft veel brancheverenigingen geholpen met het opzetten van keurmerken en heeft veel ervaring in de uitzendbranche en met arbeidszaken. In begrijpelijke taal weet hij ingewikkelde wet- en regelgeving uit te leggen. Door de juiste vragen te stellen, leert hij ondernemers lastige regels in de dagelijkse praktijk goed toe te passen.
“Ja, dat is het zeker. Maar wel belangrijke taaie kost! In de hele bouwketen is het de normaalste zaak van de wereld om werk aan te nemen en vervolgens uit te besteden. Iedereen weet hoeveel bussen er voor komen rijden, voordat een gebouw of woning klaar is om in te wonen, werken of leven. Dat daar allemaal wetgeving bij om de hoek komt kijken, wordt in de dagelijkse praktijk wel eens vergeten. Er moet immers ook gewoon gewerkt worden. Maar de consequenties - als onder meer de Wka, WAS en DBA niet goed worden nageleefd - kunnen groot zijn. Daarom is en blijft het belangrijk om de regels goed te kennen.”
“Het zijn er heel veel. Het is niet voor niks dat er tijdens de NOA-opleiding meer dan vijf uur tijd wordt uitgetrokken om de belangrijkste aandachtspunten door te nemen als je werk gaat aannemen, hetzelfde werk vervolgens - gedeeltelijk - uit wil besteden, of vakkrachten in gaat huren. Maar we kunnen er wel een paar aanstippen. Laten we aftrappen met de Wet ketenaansprakelijkheid. Het doel van de wet is om te voorkomen dat aannemers en onderaannemers misbruik maken van de uitbesteding van werk bij afdracht van loonheffingen. Het is belangrijk dat ondernemers zich er bewust van zijn, dat Belastinginspecteurs in de keten telkens een trede hoger gaan als geconstateerd wordt dat loonheffingen, SV-premies en btw niet bij de eerstverantwoordelijke kunnen worden geïnd. Let dus op correct gebruik van de G-rekening, controleer de SNA-certificering in het geval er uitzendkrachten worden ingehuurd, sluit goede onderaannemingscontracten af, zorg voor - en controleer - bewijzen van goed betalingsgedrag en hou ook mandagenregisters bij. Stortingen op de G-rekening zijn vaak onderwerp van discussie. Hou in gedachten dat een G-rekening niet verplicht is, dat storting van 30% van de aanneemsom een richtlijn is en dat die G-rekening alleen maar mag worden gebruikt om te voldoen aan fiscale verplichtingen. Dus niet voor allerlei andere creatieve ideeën. Misschien goed om nog even apart te noemen is het doorberekenen van het anoniementarief, als gegevens van vakkrachten niet volledig gecontroleerd kunnen worden, of bekend zijn. Dat wordt nog wel eens vergeten.”
“De WAS bestaat sinds 1 juli 2015 en moet schijnconstructies in de keten voorkomen. Omdat veel bedrijven in de afbouw met een flexibele schil werken, waar zzp’ers uit binnen- en buitenland in zitten, soms ook nog aangevuld met payrollers of uitzendkrachten - hoewel die laatsten bijna niet meer te vinden zijn - komt de WAS, maar daarnaast ook de Wet Arbeid Vreemdelingen (WAV) en Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) om de hoek kijken. Afhankelijk van de nationaliteit van de ingehuurde vakkracht, moet je in de administratie een uittreksel van de kvk bewaren én de identiteit van de zzp’er vaststellen. Met het bewaren van kopieën van ID-bewijzen gaat veel mis. Er wordt regelmatig om gevraagd, maar dat is lang niet altijd terecht. Je kunt een hoge boete krijgen als je kopieën bewaart en verstrekt terwijl dat niet mag.
In het geval van buitenlandse zzp’ers moet de buitenlandse zzp’er sinds een aantal jaren een Posted Worker melding doen voor aanvang van de werkzaamheden. Deze melding moet door de opdrachtgever worden goedgekeurd; dat weet ook niet iedereen. En de zzp’ers moeten een geldige en juiste A1-verklaring kunnen overleggen. Op de bouwplaats wordt dan ook nog een VCA-VOL diploma geëist, omdat het zelfstandig ondernemers zijn. Ook dit kan een uitdaging zijn, omdat lang niet alle zzp’ers Nederlandse of Engelse spreek- en leesvaardigheden hebben. Voor buitenlandse uitzendkrachten gelden nog weer andere regels, zoals het uitbetalen van het juiste cao-loon en huisvestingsvoorwaarden, maar het gaat te ver om daar nu op in te zoomen.”
“Tijdens de Ondernemersopleiding hebben we het uitgebreid over de wet DBA gehad. Deze wet is in 2016 al ingegaan, maar al die jaren gold een zogenaamd handhavingsmoratorium, waardoor er niet gehandhaafd werd en niemand zich écht verdiepte in de ingewikkelde regelgeving. Nu er vanaf dit jaar zo’n tachtig Belastinginspecteurs speciaal voor controle op deze voet zijn vrijgemaakt en er diverse gerechtelijke uitspraken zijn, kún je als ondernemer niet meer doen alsof je van niets weet. Dat geldt overigens zowel voor opdrachtgevers als voor zzp’ers. Hoewel de controle in eerste instantie bij grote(re) bedrijven zal plaatsvinden, zijn de gevolgen voor beide partijen enorm als geconstateerd wordt dat er eigenlijk sprake is van een dienstverband. Dit jaar worden er nog geen boetes uitgedeeld, maar opdrachtgevers kunnen met terugwerkende kracht tot 1 januari 2025 naheffingen voor loon- en SV-premies worden opgelegd. Voor de betreffende zzp’ers geldt dat met een terugwerkende kracht van vijf jaar alle fiscale ondernemersvoordelen kunnen worden teruggedraaid. Dat loopt dus al snel flink op. En dan heb ik het nog niet over het gevaar dat zzp’ers die ziek worden zich ineens bij de opdrachtgever beroepen op een dienstverband.”
“Dat snap ik. Het ís ook ingewikkeld. Ik raad iedereen aan om goed naar de negen criteria uit het Deliveroo arrest te kijken. Die hoef je niet speciaal op te zoeken, want je kunt er de nieuwe ‘Checklist voorkomen schijnzelfstandigheid’ van NOA voor gebruiken. Als je die naar waarheid invult, dan geeft je dat een eerste indruk. Door alle media-aandacht van de afgelopen tijd lijkt het wel alsof werken met zzp’ers helemaal niet meer kan, maar dat is écht niet waar. Wél is het belangrijk om de Modelovereenkomst Afbouw te gebruiken en ook precies te doen wat je daarin afspreekt. En ja: dat betekent dat je alles projectmatig moet gaan bekijken en ook per project moet administreren.”
“Klopt. Ook dat snap ik. Maar helaas zal iedereen een tandje moeten bijzetten. Of niet, maar dan doen die zzp’ers er verstandig aan om van hun opdrachtgever een aanbod voor een dienstverband te accepteren. Wil je zelfstandig zijn, dan zul je dat ook echt moeten aantonen. Opdrachtgevers zullen daar ook ‘strenger’ bij mogen gaan optreden. Ik merk dat bedrijven bang zijn hun beste zzp’ers te verliezen. Goedbedoeld proberen opdrachtgevers dan toch hier en daar met administratieve taken te helpen, maar hoe lang wil je dat volhouden? Als je weet wat je risico’s zijn… wil je die dan bewust lopen, of ga je toch samen in gesprek om bepaalde dingen anders te doen?
Om te oefenen hebben we tijdens de opleiding verschillende casussen met elkaar besproken. Die staan óók in de nieuwe handreiking van NOA; per beslispunt word je in die handreiking op weg geholpen om processen en afspraken op basis van de wetgeving en inmiddels verschenen jurisprudentie te regelen. Die handreiking is speciaal voor NOA-leden gemaakt, dus doe er je voordeel mee!”