Buildsight monitort alle economische golfbewegingen in de totale bouwsector en houdt zicht op de stand van zaken in de woning- en utiliteitsbouw. Hoewel het doel van de Rijksoverheid - om jaarlijks 100.000 nieuwe woningen te bouwen - verder uit zicht lijkt te raken, gaat het nog goed met de bouwomzet en orderportefeuilles.
Aan het begin van 2023 staat de Nederlandse economie er niet florissant voor. Er wordt veel minder geïnvesteerd en dan vooral in woningen en infrastructuur. In het derde kwartaal van 2022 werd dat al merkbaar in de bouwsector en kromp de bouwproductie met 1,1% ten opzichte van een kwartaal daarvoor. Maar volgens de Nederlandsche Bank zal de gevreesde recessie niet lang aanhouden en wordt verwacht dat de economie zowel in 2023 als 2024 kan blijven groeien, al is het op een laag pitje.
In het laatste kwartaal van vorig jaar draaide de bouw een goede omzet. Dat is een gevolg van de hoge prijzen, maar ook door een toename van het bouwvolume. Er wordt dus niet alleen duurder gebouwd, maar ook méér. De prijsontwikkeling van bouwmaterialen volgt de trend van de inflatie, maar dan in afgezwakte vorm. Dat komt doordat de teruglopende energieprijzen een grote invloed hebben op de inflatie, terwijl het maar beperkt van invloed is op de prijs van het totaalpakket aan bouwmateriaal en bouwmaterieel.
Orderportefeuilles in de bouw zijn nog altijd goed gevuld. Volgens de EIB-meting van november kunnen bouwpartijen in de utiliteit nog 10,1 maanden vooruit. In de woningbouw is dat zelfs 13,1 maanden. De gehele sector houdt de materiaalprijzen natuurlijk nauwgezet in de gaten, maar er wordt iets meer ontspannen naar gekeken dan zoveel maanden geleden. Of raakt iedereen er aan ‘gewend’? Als dominante belemmeringen om door te kunnen bouwen, worden (nog steeds) materiaaltekort en personeelstekort genoemd.
In de utiliteitsbouw neemt de productie toe. En de ontvangen orders stijgen nog iets harder. Dat is vooral in de kantorenbouw het geval. Voor scholen en overige gebouwen is de groei kleiner. De cijfers stroken met de verwachtingen die Buildsight eerder deed voor onze afbouwsectoren: omdat er relatief veel systeemwanden- en -plafonds in worden toegepast, is dit een goede ontwikkeling voor de plafond- en wandsector, maar de groei zal in 2023 beperkt zijn. De toename biedt ook een kans voor hogere segment vloerafwerkingen, hoewel Buildsight voor die sector een relatief stabiele ontwikkeling verwacht.
Het CBS brengt maandelijks in kaart hoeveel bouwvergunningen worden verleend. Afgelopen jaar waren er een paar ‘goede’ maanden, maar in november zakte het aantal vergunde nieuw te bouwen woningen onder de 5.000. Het doel van de Rijksoverheid om jaarlijks 70.000 nieuwe woningen, 15.000 flexwoningen én 15.000 transformatiewoningen te bouwen, raakt verder uit zicht. Minister Hugo de Jonge van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening heeft er zijn handen vol aan. Hij ziet het aantal vergunningen teruglopen en signaleert dat projecten stagneren. Een combinatie van het stikstofbeleid, de krappe arbeidsmarkt, hoge bouwkosten en vooral de gestegen rente, legde hij laatst in de Tweede Kamer uit. Door het ministerie wordt onderzoek gedaan of een doorbouwgarantie of de “Van der Laan subsidie” van stal moet worden gehaald. En De Jonge presenteerde in februari zijn regiewet, waarmee de woonminister in moet kunnen gaan grijpen als er in een provincie of gemeente niet snel genoeg voldoende woningen worden gebouwd.
Alle leden kunnen op het besloten ledengedeelte de Branchemonitor Afbouw raadplegen: er is een online dashboard met allerhande conjunctuurcijfers, je kunt er trendanalyses per sector downloaden en in het ledenonderzoek bekijken welke (omzet)ontwikkelingen bedrijven in de afbouw zelf de komende 12 maanden verwachten.