In mei stemde een meerderheid van de Eerste Kamer - nadat er jarenlang over gesoebat was - in met de Wet Kwaliteitsborging voor het Bouwen (WKB). NOA heeft zich in de afgelopen jaren altijd kritisch uitgelaten over die wet, vooral omdat (af)bouwers aansprakelijk kunnen worden gehouden voor bouwfouten die ze zelf niet hebben veroorzaakt. Maar de wet gaat hoe dan ook in op 1 januari 2021. En hoewel nog lang niet alles rond de nieuwe wet in beton gegoten is, willen we u toch zo goed mogelijk voorbereiden.
In de eerste plaats om te zorgen voor minder bouwfouten. En als er na oplevering toch nog gebreken aan het licht komen, wordt het voor ‘bouwconsumenten’ - omdat de wet vooralsnog alleen gaat over woningen, zijn dat vooral huizenkopers - makkelijker om bouwers aansprakelijk te stellen. Dat is - kort door de bocht - de bedoeling van de WKB. Samengevat regelt de WKB een betere bescherming van de opdrachtgever waaronder de aanscherping van de aansprakelijkheid van de aannemer en vervalt de gemeentelijke toets aan het Bouwbesluit ten behoeve van de omgevingsvergunning. Ook het gemeentelijk toezicht tijdens de bouw vervalt deels. Deze rol wordt overgenomen door de zogenaamde ‘kwaliteitsborger’, een private partij, die onafhankelijk is van de opdrachtgever, ontwerper en bouwer. De gemeente controleert een bouwplan voortaan alleen nog op welstandseisen en het bestemmingsplan.
U moet uw opdrachtgever informeren over de wijze waarop u verzekerd bent tegen de gevolgen van een faillissement en tegen kwaliteitsgebreken. Deze informatie kan overigens ook bestaan uit de mededeling dat u niet verzekerd bent. Dat mag.
Dat doet u door verplichte ‘opleverdocumentatie’. Door een wijziging in het Burgerlijk Wetboek bent u straks verplicht een dossier aan de opdrachtgever te geven waarin u aantoont aan de eisen uit het contract te hebben voldaan. Er is nog niet precies duidelijk waaraan zo’n opleverdossier precies moet voldoen, maar het is raadzaam om van zoveel mogelijk stappen in het bouwproces duidelijke foto’s te maken. Zeker in de afbouw bestaat de kans dat opleverfouten niet aan uzelf te wijten zijn, maar omdat de hoofdaannemer of een van de andere ketenpartners ergens een steek heeft laten vallen. U kunt uw werk perfect gedaan hebben, maar als de ondergrond van uw stucwerk of de fundering onder uw vloer niet deugt, kan de kwaliteitsborger het hele huis afkeuren. Dan is het dus zaak dat u kunt aantonen dat de fout niet bij u lag. Nog beter is het - als u niet kunt instaan voor de kwaliteit van het werk omdat anderen fouten gemaakt hebben - om het werk niet uit te voeren. Als de opdrachtgever toch wenst dat het werk wordt verricht, moet u een schriftelijke waarschuwing aan het dossier toevoegen. Het volstaat niet dat de waarschuwing mondeling wordt gegeven. Alles moet op schrift zijn gesteld en ondubbelzinnig zijn.
Ten eerste geldt dat een gebouw moet voldoen aan de minimumeisen die in het Bouwbesluit staan. Dat moet nu ook al, maar het wordt alleen vooraf gecontroleerd en niet achteraf. Die controle gebeurt straks niet meer vooraf door de gemeente, maar door de kwaliteitsborger tijdens en na afloop van het werk. Daarnaast kan een opdrachtgever extra eisen stellen die contractueel moeten worden vastgelegd. Voldoet u daar niet aan dan bent u aansprakelijk. Met andere woorden: doen wat u belooft en dat kunnen aantonen.
Die bestaan nu nog niet. Al schieten de bureaus die kwaliteitsborgers kunnen leveren op opleiden als paddestoelen uit de grond. Er zijn eisen voor een kwaliteitsborger, bijvoorbeeld op het gebied van opleiding en ervaring. Kwaliteitsborgers moeten onafhankelijk zijn en mogen dus niet betrokken zijn bij het ontwerp, de bouw of het onderhoud van het werk waarvoor zij de borging doen. Een aannemer mag de kwaliteitsborger wel zelf kiezen. Ze worden straks in een openbaar register opgenomen en daarin staat ook wat ze wel en niet mogen controleren.