De wet kent verschillende verlofvormen in verband met zwangerschap, geboorte en ouderschap. Een ervan is het ouderschapsverlof. Ouderschapsverlof was tot voor kort in principe onbetaald verlof. Sommige werkgevers betaalden het ouderschapsverlof geheel of gedeeltelijk door. Nu is betaling van het ouderschapsverlof wettelijk geregeld. Sinds 2 augustus 2022 kan voor 9 van de 26 weken ouderschapsverlof een uitkering via het UWV worden gekregen, op te nemen voor de eerste verjaardag van het kind. In onderstaande uitleg van het onbetaalde en het betaalde gedeelte van het ouderschapsverlof in de vorm van vragen en antwoorden.
Werknemers met een eigen (adoptie)kind of een inwonende stief- of pleegkind.
De omvang bedraagt 26 keer de arbeidsduur per week (per kind, ook bij meerlingen).
Voor 9 van de 26 weken bestaat sinds 2 augustus 2022 de mogelijkheid om een uitkering via het UWV aan te vragen. Bekijk hier de vraag & antwoorden onder het kopje 'Betaald ouderschapsverlof' op deze pagina. De overige 17 weken zijn onbetaald.
De werknemer kan het verlof op elk gewenste wijze (qua spreiding) opnemen. Het moet worden opgenomen voordat het kind acht jaar wordt. Verlof dat niet tijdig is opgenomen, vervalt.
Het verzoek tot opname van ouderschapsverlof moet uiterlijk twee maanden voor de gewenste ingangsdatum schriftelijk bij de werkgever gemeld worden. Bij de melding moet worden opgegeven de periode, het aantal uren en de spreiding daarvan over de week. Ingang en einde van het verlof kunnen ook afhankelijk worden gesteld van de datum van bevalling, het einde van het bevallingsverlof, of de aanvang van de verzorging.
De werkgever kan de gewenste wijze van opname, na overleg met de werknemer, gedurende een redelijke termijn wijzigen wanneer hij een zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang heeft. Denk hierbij aan ernstige organisatorische problemen. Dit kan tot vier weken voor de ingangsdatum van het verlof. Sinds 2 augustus 2022 staat in de wet dat de werkgever dan de werknemer in staat moet stellen het verlof op te nemen voordat het kind acht jaar wordt, dan wel één jaar wordt als het gaat om betaald ouderschapsverlof. Een wijziging moet schriftelijk gemotiveerd worden.
Ja, bij de opname van zwangerschaps- of bevallingsverlof. Ook bij onvoorziene omstandigheden, tenzij dit zou leiden tot ernstige ontwrichting van de gang van zaken in de onderneming. In beide gevallen hoeft de werkgever het verzoek van de werknemer pas na vier weken na het verzoek te honoreren. Eerder mag natuurlijk wel. De werknemer houdt recht op het ongebruikte gedeelte van het verlof.
Wettelijk is er niets geregeld over het opnemen van ouderschapsverlof als dit op een feestdag valt. Als de werknemer op een vaste dag in de week ouderschapsverlof opneemt en dit een feestdag betreft, dan schuift het ouderschapsverlof in beginsel niet op. De wet geeft dus niet het recht om het ouderschapsverlof op te schorten of op een andere dag op te nemen, maar verbiedt dit ook niet. Als er dus expliciet afspraken zijn gemaakt over het samenvallen van ouderschapsverlof met een feestdag, bijvoorbeeld in een cao, kan een werkgever hieraan worden gehouden. In de CAO Afbouw zijn geen expliciete afspraken gemaakt.
De hoofdregel is dat als er sprake is van loon, er ook sprake is van vakantieopbouw. De hoogte van de loondoorbetaling is voor de opbouw niet relevant. Voor het onbetaalde gedeelte van het verlof is er dus geen vakantieopbouw. De wet regelt dat in een aantal situaties waar er geen sprake is van loonbetaling (maar wel een uitkering via het UWV), er toch sprake is van vakantieopbouw. Dat zijn onder meer het aanvullend geboorteverlof en het betaalde ouderschapsverlof. In beide situaties worden dus vakantiedagen opgebouwd.
Nee, er is geen recht op opbouw van vakantiegeld tijdens het onbetaalde gedeelte van het verlof. Voor het betaald ouderschapsverlof, zie het kopje 'betaald ouderschapsverlof' op deze pagina.
Als het dienstverband eindigt voordat het verlof volledig is genoten, dan heeft de werknemer bij de nieuwe werkgever recht op het ongebruikte gedeelte van het verlof. Dit geldt zowel voor het onbetaalde als het betaalde verlof. Op verzoek van de werknemer moet de werkgever hem een verklaring geven waarin staat hoeveel recht op verlof hij nog heeft.
De omvang bedraagt 9 keer de arbeidsduur per week. Is er sprake van meerlingen of de adoptie van meerdere kinderen, dan bestaat het recht voor ieder kind. Bij de opname van meerdere pleegkinderen tegelijk bestaat er maar recht op één keer een uitkering.
De werknemer heeft recht op een uitkering van het UWV ter hoogte van 70% van zijn dagloon. Voor het gedeelte van het loon dat meer is dan het maximumdagloon, bestaat geen recht op een uitkering. De uitkering wordt achteraf betaald. Dit betekent dat de werknemer tijdens de weken betaald ouderschapsverlof zelf nog geen uitkering krijgt. De werkgever is niet verplicht tijdens het verlof een voorschot te verstrekken, maar mag dit wel doen. Voor de hoogte van een dergelijk voorschot is van belang dat de uitkering 70% van het dagloon bedraagt. Het dagloon wordt berekend aan de hand van een referteperiode van een jaar voorafgaan aan de periode dat het verlof wordt opgenomen. De uitkering is dus bijna altijd (iets) lager dan 70% van het brutoloon over de periode dat verlof wordt opgenomen.
De werknemer kan het verlof op elk gewenste wijze (qua spreiding) opnemen. Het moet worden opgenomen voordat het kind één jaar wordt. Bij een geadopteerd kind of pleegkind moet het verlof worden opgenomen gedurende het eerste jaar na de dag van de feitelijke opneming ter adoptie of als pleegkind, maar wel voordat het kind acht jaar wordt.
Voor de aanvraag van het verlof zelf gelden de gewone regels voor de aanvraag van ouderschapsverlof (twee maanden van tevoren, zie het kopje 'ouderschapsverlof'). Voor aanvraag van de betaling van het verlof gelden andere regels. De aanvraag wordt via de werkgever ingediend bij het UWV door middel van een door het UWV beschikbaar gesteld aanvraagformulier. Het UWV stelt het recht op, de hoogte en de maximale duur van de uitkering naar aanleiding van de aanvraag eenmalig vast. Betaling kan alleen achteraf, nadat het verlof is genoten, worden aangevraagd. Ongeachte de wijze waarop het verlof is opgenomen, moet de aanvraag voor de betaling altijd worden gedaan in gehele weken. Er kunnen, voor de gehele periode van in totaal 9 weken, maximaal drie aanvragen worden gedaan. Aanvragen kunnen worden ingediend tot drie maanden nadat het kind de leeftijd van een jaar heeft bereikt. Bij adoptie of opname als pleegkind tot een jaar en drie maanden na de feitelijke opneming ter adoptie of als pleegkind. Betaald ouderschapsverlof kan niet worden aangevraagd als de werknemer volledig arbeidsongeschikt is.
Ja, zie de volgende vraag. De wijzigingsbevoegdheid van de werkgever en het recht van de werknemer om het betaald ouderschapsverlof op te nemen voor de eerste verjaardag van het kind. kunnen elkaar bijten. Dat is het geval als de werknemer het verlof aanvraagt voor een periode die dicht tegen de eerste verjaardag aanligt. Er is dan weinig of geen ruimte om het aangevraagde verlof naar een andere periode te verschuiven. De wet geeft geen voorrangsregeling. De onmogelijkheid voor de werknemer om het verlof nog op te kunnen nemen na de eerste verjaardag, zal voor de rechter waarschijnlijk zwaar wegen als hier een conflict over zou ontstaan. Stimuleer daarom werknemers die het aangaat om het verlof zo tijdig mogelijk aan te vragen, zodat er ruimte is voor alternatieven als de bedrijfsvoering door het aangevraagde verlof in de problemen komt.
Ja, bij de opname van zwangerschaps- of bevallingsverlof. Ook bij onvoorziene omstandigheden, tenzij dit zou leiden tot ernstige ontwrichting van de gang van zaken in de onderneming. In beide gevallen hoeft de werkgever het verzoek van de werknemer pas na vier weken na het verzoek te
honoreren. Eerder mag natuurlijk wel. De werknemer houdt recht op het ongebruikte gedeelte van het verlof. De aanvraag voor de betaling is altijd achteraf.
De hoofdregel is dat als er sprake is van loon, er ook sprake is van vakantieopbouw. De hoogte van de loondoorbetaling is voor de opbouw niet relevant. Voor het onbetaalde gedeelte van het verlof is er dus geen vakantieopbouw. De wet regelt dat in een aantal situaties waar er geen sprake is van loonbetaling (maar wel een uitkering via het UWV), er toch sprake is van vakantieopbouw. Dat zijn onder meer het aanvullend geboorteverlof en het betaalde ouderschapsverlof. In beide situaties worden dus vakantiedagen opgebouwd.
De Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (WML) bepaalt dat tijdens het betaald ouderschapsverlof de opbouw van het vakantiegeld doorloopt. Omdat de uitkering door het UWV inclusief vakantietoeslag is, zal in de praktijk doorgaans aan deze eis worden voldaan. Als de werkgever het betaald ouderschapsverlof niet aanvult, kan er dus wel sprake zijn van minder opbouw vakantietoeslag.
Over betaald ouderschapsverlof wordt geen pensioen opgebouwd.
Een uitkering in verband met betaald ouderschapsverlof, wordt niet uitbetaald als over dezelfde periode recht bestaat op een uitkering in verband met zwangerschap en bevalling, dan wel adoptie of pleegzorg, of een uitkering in verband met aanvullend geboorteverlof. Dat betekent bijvoorbeeld dat een werknemer niet in dezelfde week aanvullend geboorteverlof en betaald ouderschapsverlof kan opnemen.
De uitkering voor het betaald ouderschapsverlof wordt betaald uit het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Aof).
De vragen en antwoorden zijn gedeeltelijk ontleend aan documenten van werkgeversvereniging AWVN, NOA is lid van de AWVN.